
Iedereen heeft verwachtingen achter het stuur van zichzelf, van anderen, en van hoe een rit ‘zou moeten’ gaan. Maar wat als juist die verwachtingen de spanning vergroten?
Een cliënt vertelde laatst: “Ik moet dit kunnen, ik heb al 20 jaar mijn rijbewijs.” Klinkt redelijk, toch? Alleen zat daar een onzichtbare regel onder: ‘Als ik spanning voel, doe ik iets fout.’ En precies díe gedachte maakte het autorijden zwaar.
De valkuil van ‘ik moet het goed doen’
Veel mensen met rijangst hebben één ding gemeen: een sterke verantwoordelijkheid. Je wilt het goed doen vlot, veilig, beheerst en zelfstandig. En spanning hoort bij autorijden. Niemand kan perfect rijden, ook de doorgewinterde chauffeur niet. (en nee ook de CBR examinator of rij-instructeur niet)
Wanneer je jezelf oplegt dat het ‘foutloos’ moet, ontstaat er druk. Je lichaam reageert met spanning, je ademhaling verkort, en je blik wordt smaller (tunnelvisie). Je probeert controle te houden, terwijl je systeem juist ontspanning nodig heeft.
Het effect van verwachtingen op je brein
Ons brein houdt niet van onzekerheid. Zodra iets anders loopt dan verwacht een auto die plots invoegt, een onbekende weg het activeert het brein met een alarmsignaal. Niet omdat er écht gevaar is, maar omdat de situatie afwijkt van het plan. De oplossing ligt dus niet in nóg meer controle, maar in flexibeler leren denken. wil je meer weten over het brein en spanning klik dan hier
Van verwachting naar vertrouwen
De sleutel is: leren omgaan met wat er ís, in plaats van wat er zou moeten zijn. ACT (Acceptance and Commitment Therapy) leert ons onder andere om spanning te zien als een signaal, niet als een vijand en hoe hier mee om te gaan. Een simpele oefening: merk je dat je gespannen raakt, zeg dan zachtjes tegen jezelf: “Ik merk op dat ik spanning voel, en dat is oké.” Daarmee open je ruimte voor keuze in plaats van verzet.
In de praktijk merk ik vaak dat cliënten juist ontspannender gaan rijden zodra ze stoppen met zichzelf te bewijzen en om de controle krampachtig vast te houden. De focus verschuift van ‘ik moet het goed doen’ naar ‘ik mag leren en ervaren’. En dát is waar vertrouwen begint.
Praktische tips voor onderweg
- Verlaag je verwachtingen: elke rit is een oefening / ervaring, geen examen.
- Gebruik spanning als informatie, niet als oordeel.
- Herinner jezelf eraan: perfect rijden bestaat niet, bewust en alert rijden wel.
Conclusie
Verwachtingen kunnen je rijgedrag sturen zonder dat je het doorhebt. Hoe meer je leert kijken naar wat er écht gebeurt, hoe minder macht die gedachten hebben. Zo wordt elke rit een kans om te oefenen in vertrouwen en dat voel je, niet alleen achter het stuur, maar ook daarbuiten.